Wat kun je met de gegevens?
Aan mogelijkheden geen gebrek. Maar wat kun je ermee? Tijdens je training zijn vooral je tempo en hartslag belangrijke indicatoren om in de gaten te houden. Daarmee kun je inschatten of de intensiteit waarop je loopt in overeenstemming is met je trainingsschema.
Voor meer inzicht in je looptechniek is het interessant om te kijken naar gegevens over je hardloopdynamica. Je paslengte, pasfrequentie en grondcontacttijd bijvoorbeeld. In dit artikel lees je hoe je deze waarden kunt interpreteren.
Wil je weten of je vooruitgang boekt? Houd dan je VO2-max in de gaten. Je VO2-max wordt over het algemeen gezien als dé maat voor het bepalen van je fitheid. Hoe hoger deze waarde, hoe fitter je bent.
Ook kun je jouw statistieken gebruik om inzicht te creëren in je herstelstatus. Door je horloge ‘s nachts te dragen, krijg je inzicht in je slaappatroon. Een goede slaap, zorgt dat je beter herstelt. Door je trainingen aan te passen als je niet voldoende uitgerust bent, voorkom je dat je geblesseerd of overtraind raakt.
Ben je geblesseerd of overtraind? Dan is het slim om terug te kijken in je trainingslogboek. Hoe zorgvuldig was je opbouw? Heb je het tempo of de afstand van je trainingen ineens verhoogt? Loop je veel meer hoogtemeters dan je gewend bent? Als je langere tijd je gegevens opslaat in een logboek, kun je deze erbij pakken zodra het nodig is. Je trainingsomvang en intensiteit kunnen namelijk belangrijke indicatoren zijn bij een blessure.