Een pijntje is geen blessure (maar kan het wel worden)

Rob veer
Rob Veer Vrijdag, 23 april 2021
Een pijntje is geen blessure (maar kan het wel worden)
© Barbara Kerkhof

‘AU! is voor mij geen HO!’. Deze uitspraak komt van Kamiel Maase, voormalig Nederlands recordhouder op de marathon. Hij gaf daarmee aan dat hij niet bij elk pijntje in de remmen kneep. Hij begreep dat hij dan nauwelijks aan trainen toe zou komen. Elke hardloper voelt tijdens de training wel iets dat niet helemaal pluis is, maar dat is geen reden om te stoppen. Ze weten echter ook dat genegeerde pijntjes kunnen leiden tot hardnekkige blessures. Hoe ga je daarmee om?

Spanningsveld

Het is een ingewikkeld spanningsveld, waarin je moet kiezen tussen twee kwaden. Pijntjes die je niet serieus neemt kunnen leiden tot soms ernstige blessures. Neem je ze wel serieus, dan kan dat betekenen dat je vaak minder kan doen dan je schema aangeeft. Beide situaties kunnen je dus een trainingsachterstand bezorgen. Dat wil niet zeggen, dat je als een struisvogel met de signalen van je lichaam om moet gaan. Die vogels kunnen weliswaar ontzettend hard lopen – tot wel 70 km/uur – maar stoppen bij onraad liefst de kop in het zand.

Geen paniek

Allereerst: de angst voor conditieverlies als je wat gas terug neemt is ongegrond. Die conditie hangt niet af van een of twee trainingen. Het is het resultaat van maanden- en soms jarenlange noeste trainingsarbeid en zal niet of nauwelijks afnemen als je een poosje wat minder traint. Pas als je een aantal weken helemaal niks doet gaat je uithoudingsvermogen significant achteruit. Gun jezelf dus de ruimte om je benen te ontzien als die er om vragen, want die ruimte is er zeker.

Foute boel?

Er is geen tabel waarin je op kunt zoeken: bij dit pijntje moet je zo en zo handelen. Je bent aangewezen op je gevoel en inschattingsvermogen. Enkele vuistregels zijn wel te geven:

… de pijn komt plotseling op – het schiet er opeens in – dan is het duidelijk foute boel. Het kan een spierverrekking zijn, een zweepslag, of een verzwikte enkel als gevolg van een misstap. Stop meteen, wandel terug naar huis of laat je door iemand naar huis rijden.

… je hebt lichte, zeurende pijntjes. Die komen vaak voor bij hardlopers. Soms verdwijnen die pijntjes als je een poosje aan het lopen bent. Dit type pijn is zelden zo erg dat het je training onmogelijk maakt. Een beetje au is geen ho. Maar je moet je hoofd in het zand steken, ook al voel je je misschien een snelle struisvogel. Als deze zeurende pijntjes niet verdwijnen, dan moeten je alarmbellen gaan rinkelen.

Risicoplekken

Dat is zeker het geval als de gevoelige plek is gelokaliseerd op één van de plaatsen waar de ‘populaire’ hardloopblessures voorkomen. Dat is aan de voorkant van de knie (de Jumper’s knee, ook wel patellofemuraal pijnsyndroom genoemd); aan de buitenkant van de knie (het iliotibiale frictiesyndroom); langs de binnenkant van het scheenbeen (shin splints); aan de achillespees (tendinitis achilles), of de onderkant van de voet (fasciitis plantaris). Dit zijn beruchte blessures die je uiteindelijk weken en soms maanden aan de kant kunnen houden. Ervaar je langer dan een week kleine pijntjes op een van die plaatsen, blijf er dan niet mee doorlopen, ook niet als je dat vrij probleemloos zou kunnen. Je kunt beter vandaag een beetje bijsturen dan over twee weken vol in de remmen moeten knijpen.

Safety first!

Het is niet zo dat je dan meteen op de bank moet blijven liggen. Verminder in eerste instantie de snelheid van je trainingen en kort ze eventueel in. Geeft dat geen verbetering, stop dan tijdelijk met hardlopen en ga crosstrainen. Overleg met de trainer van je club welke alternatieve bewegingsvormen je kunt doen, zodat je je flink kunt inspannen zonder daarbij de gevoelige plek te belasten. Denk hierbij aan zwemmen, fietsen, roeien of trainen met een Elliptigo. Als de klacht door deze ingrepen niet verbetert, maak dan een afspraak met een fysiotherapeut of sportarts. Bepaal jij wat er met je blessure gebeurt, of bepaalt die blessure wat er met jou gebeurt?

Blessures
Rob Veer
Vraag de expert

Rob Veer

Hardlooptrainer

Rob gaf als 16-jarige zijn eerste hardlooptraining en doorliep alle relevante trainerscursussen van de Atletiekunie. Hij begeleidt hardlopers en triatleten via internet, van absolute beginner tot internationaal topniveau. Als hardlopen.nl expert beantwoordt hij jouw specifieke vragen.