De wijze lessen van topatlete Jip Vastenburg om blessures te voorkomen

Maandag, 6 augustus 2018
De wijze lessen van topatlete Jip Vastenburg om blessures te voorkomen
Van maandag 6 augustus tot en met zondag 12 augustus vinden de Europese Kampioenschappen Atletiek plaats. 44 topatleten reizen af naar Berlijn om Nederland te vertegenwoordigen. Maar liefst 10 hardlopers zullen het oranje tricot aantrekken en deelnemen aan één van de vele looponderdelen, van de 800 meter tot aan de marathon.

Daags voor start van dit prestigieuze evenement organiseerde de Atletiekunie een persconferentie op Hotel- en Congrescentrum Papendal. De laatste kans voor de pers om nog éénmaal Neerlands trots het hemd van het lijf te vragen. Namens hardlopen.nl was Dennis Licht - zelf meervoudig Nederlands Kampioen hardlopen – als reporter ter plaatse om een aantal van deze hardloopkanjers te onderwerpen aan een aantal vragen. Lees, leer en laat je inspireren door de beste hardlopers uit ons land.

In deel twee van deze vierluik aan interviews spraken we met topatlete Jip Vastenburg, over blessures en hoe deze te voorkomen.

Welke blessures heb jij wel eens gehad?

“Heb je even! Ik heb heel veel blessures gehad. Ik heb aan beide peesplaten in mijn voeten een ontsteking gehad, beide achillespezen zijn ontstoken geweest, verder een grote teenblessure en een stresshaard in mijn bovenbeen (de femur). Soms waren deze blessures een terugkerend probleem waardoor ik er ook soms best lang uit was”.

Je zou dus kunnen zeggen, dat je een expert bent op gebied van blessures?

“Ja, jammer genoeg wel ja. Wat dat betreft ben ik door schade en schande wijs geworden”.

Hoe ga jij om met ‘pijntjes’?

“Door mijn ervaring met blessures weet ik nu goed onderscheid te maken tussen een ‘klein pijntje’ en een serieuze klacht. Om een voorbeeld te noemen: “Het is nu het baanseizoen en trainen we regelmatig op de atletiekbaan, daardoor krijg ik wel eens een stijve achillespees. Dat accepteer ik dan, maar tegelijkertijd weet ik ook nu heel goed of dit slechts een klein pijntje is door de impact van de training, of dat het op een ontsteking lijkt. En daarnaast maakt het ook veel uit in welke trainingsperiode ik zou zitten. Als het januari zou zijn, zou ik gelijk twee dagen rusten, terwijl ik nu in het hoogseizoen er eerder ervoor zou kiezen om door te trainen”.

Wat doe jij zoal om blessures te voorkomen?

“Foamrollen, vóór de training! Dus niet na de training. Dit om de spanning van mijn kuitspieren te halen. Dat veroorzaakt vaak problemen aan mijn achillespezen. En niet na de training, want dan kneus ik ze opnieuw. Verder maak ik gebruik van de Compry Recovery. Dan zijn van die broekspijpen, die middels pulserende druk mijn benen masseren. Dit zorgt voor een sneller herstel. En fysiotherapie natuurlijk”!

Hoe vaak in de week bezoek je een fysiotherapeut?

“Nou, ik ben nu inmiddels drie weken niet geweest want mijn fysiotherapeut Luc Schout is op dit moment in het Zwitserse Sankt Moritz, maar normaalgesproken ga ik tweemaal per week. Bovendien gaat het ook op dit moment erg goed, waardoor ik ook niet echt behandeling nodig heb. Maar meestal krijg ik een preventieve behandeling aan mijn achillespees en de tweede behandeling is meer een soort van sportmassage”.

Doe je ook een speciale warming-up om blessures te voorkomen?

“Ja, ik doe bijna altijd voordat ik ga inlopen activerende bilspieroefeningen met een elastische band, aangevuld met wat buikspieroefeningen”.

En na het inlopen?

“Helemaal niets eigenlijk. Ik ga niet zitten rekken, want dan haal ik juist weer spanning van de spieren. Dat is niet de bedoeling”.

Doe je ook andere sporten dan hardlopen om blessures te voorkomen?

“Ja, zo heb ik een standaard protocol waarbij ik de twee dagen na een wedstrijd ga fietsen. Pezen hebben ongeveer 72 uur hersteltijd nodig, meestal voel ik de volgende dag niets, maar op dag twee na de wedstrijd ben ik vaak stijf. En op dag drie ben ik daardoor weer helemaal hersteld”.

Doe je nog andere dingen om blessures te voorkomen?

“Ik doe het hele jaar door krachttraining. Het wisselt een beetje gedurende het seizoen hoe vaak ik in de week krachttraining doe en wat voor een soort kracht, maar dat loopt uiteen van drie keer in de week in de voorbereidingsperiode tot één keer in de week in het wedstrijdseizoen. Als langeafstandsloper doe ik sinds dit jaar ook aan ‘maximaal-kracht’ om mijn pezen maximaal te belasten en dus ook sterker te maken. Ik ben zelfs qua spiermassa aangekomen. En dat is goed, want in het verleden was de carrosserie niet sterk genoeg voor de motor van mijn lijf, waardoor ik dus ook regelmatig blessures opliep. Ik zou dus recreatieve hardlopers ook echt willen aanraden om ook krachttraining onderdeel te maken van je trainingsprogramma. Want als je sneller wilt gaan hardlopen, komen klappen op je benen ook harder aan, dus moet je ook een sterker lijf hebben”.

En voeding: Kan dat ook nog blessures voorkomen?

“Ik gebruik op dit moment collageen, wat o.a. botten, gewrichten en kraakbeen versterkt, een heel erg vies goedje dat ik voor elke zware training opdrink. Dat roer ik door de thee en dat neem ik drie kwartier voor de training. Dit op advies van mijn voedingswetenschapper Armand Bettonviel. Ik denk dat het wel helpt”.

Blessures