Voorbereid van start
Hoeveel zwemervaring je hebt, maakt niet uit. Je kiest de slag waarmee je het beste uit de voeten kunt en het is ook toegestaan om daarin te wisselen. Dus of je de borstcrawl nu al beheerst of liever voor de schoolslag kiest, dat is aan jou. Koolmees adviseert wel om de combinatie van het zwem- en looponderdeel vooraf te oefenen tijdens een training. “De overgang van een horizontale ligging in het water naar rechtop hardlopen kan bij sommige mensen voor duizeligheid zorgen. Als je dat een paar keer oefent, wordt het vanzelf minder,” stelt hij. “Ook is je ademhaling na het zwemmen vaak vrij hoog. Dit krijg je vanzelf onder controle zodra je een fijn loopritme te pakken hebt, maar het is fijn om dat alvast een keer ervaren te hebben. Neem je hardloopkleding mee naar het zwembad, dan kun je er na je zwemtraining direct een hardlooprondje achteraan plakken.”
Hetzelfde geldt voor de wissel. Ook die kun je vooraf uitgebreid oefenen. “Na het zwemmen wil je zo snel mogelijk je hardloopschoenen en kleding aantrekken. Het is handig om voor jezelf te weten wat de meest efficiënte manier voor jou is. Steek bijvoorbeeld alvast één arm in je mouw en trek je shirt daarna al hardlopend verder aan. Dat bespaart tijd.”
De laatste tip die Koolmees heeft, gaat over het raceplan tijdens een zwemloop. “Het is belangrijk dat je doseert. Je kunt beter niet 100 procent geven tijdens het zwemmen, want daarna moet het loopgedeelte nog beginnen,” klinkt zijn advies. “En als je het goed indeelt, kun je als hardloper in het tweede deel van de wedstrijd juist veel mensen inhalen. Dat maakt het extra leuk!”