Tegenwoordig is Sander Hoogendoorn een fanatieke hardloper, maar tot zes jaar geleden had ook hij dat niet kunnen bedenken. “Vrienden, roken en drank vond ik belangrijker dan mijn gezondheid. Ik sportte helemaal niet,” geeft Hoogendoorn toe. “Dat veranderde toen ik ouder werd, ik wilde weer fitter worden. Hardlopen leek me een makkelijke sport om mee te beginnen. Het is laagdrempelig en kan altijd, je trekt je schoenen aan en stapt de deur uit.”
Zo gezegd, zo gedaan. Zijn eerste stappen gingen vooral op intuïtie. “Ik liep tot ik niet meer verder kon of het pijn ging doen [niet aan te raden, red.]. Dan nam ik even pauze. Zo wisselde ik hardlopen af met wandelen,” blikt Hoogendoorn terug. “Op een gegeven moment kon ik die stukjes aan elkaar rijgen. Het geeft zo’n goed gevoel als je ineens wél 5 kilometer kunt volhouden. Zeker in het begin merkte ik dat ik met sprongen vooruit ging. Dat werkt motiverend.”